Tijdens de 2de Coalitieoorlog tegen de Franse Republiek onder Napoleon Bonaparte veroverde een Engels-Russisch leger de kop van Noord-Holland. Twee weken na de invasie zetten Bataafse en Franse troepen een tegenaanval in. De Engelsen hadden stelling genomen achter de Schoorlse- en Westfriese Zeedijk en wisten de aanval vanuit het zuiden over de gehele linie af te slaan. Het derde bataljon van de 42ste Demi-Brigade van de Franse Divisie, moest vanuit Groet door de polder oprukken met draagbare bruggen en nauwelijks dekking. Het lukte de Fransen niet om de dijksloot van de Schoorlse Zeedijk over te steken en 400 man vonden de dood in de Groetpolder. Het aantal doden aan Engelse zijde over de gehele frontlinie die dag bedroeg slechts 37 en 125 gewonden.

In het voorjaar van 2017, op schootsafstand van de Oude Schoorlse Zeedijk, zijn 4 soldaten van deze 42ste Halve Brigade opgegraven. De skeletten waren grotendeels verdwenen of gebroken door bewerking van de grond en door ‘schatgravers’ met metaaldetectoren, op zoek naar metalen objecten. De lichamen lagen dwars over elkaar heen en waren slordig begraven. Eén lag er met het gezicht naar beneden en met zijn arm achter op zijn nek. De graven waren bovendien erg ondiep, waaruit bleek dat men de doden met zo min mogelijk inspanning heeft begraven. Indrukken op de wervels van de nog jonge mannen wezen op sterke slijtage door lichamelijke overbelasting, bijvoorbeeld als gevolg van het dragen van zware lasten of bepakking. Behalve knopen en gespen van de uniformen waren er geen materialen of bezittingen van de soldaten in de graven terechtgekomen.